Wat is een additief?
Een additief is een natuurlijke of synthetische stof die toegevoegd wordt aan een voedingsmiddel met het doel het uiterlijk, de textuur of de houdbaarheid te verbeteren. Op onze etiketten vind u de volledige naam van een additief of de code (die altijd begint met de letter E) plus de functie van het additief in het product.
We geven een voorbeeld. Op een zakje van uw favoriete soep vindt u glutamaat onder de vermelding 'smaakversterker: mononatriumglutamaat' of smaakversterker: E621'.
In Europa baseert de Europese Commissie zich op de aanbevelingen van de Europese Autoriteit voor de Voedselveiligheid (EFSA) om te bepalen of een additief toegestaan wordt of niet. Ondanks het ogenschijnlijk strikte kader, vragen sommigen zich af of al die additieven wel volledig onschadelijk zijn: zo zijn er soms maar enkele onderzoeken over te vinden, of die onderzoeken zijn direct afkomstig van de fabrikant. Soms is er ook een slechte inschatting van de effecten van de stapeling van deze stoffen.
Welke grote groepen van additieven onderscheiden we?
Op dit moment zijn er zo'n 350 additieven toegestaan op het Europese continent. We kunnen ze grofweg onderverdelen in 5 groepen:
- de kleurstoffen (van E100 tot E199);
- de conserveringsmiddelen (van E200 en E299);
- de antioxidanten (van E300 tot E399) die voorkomen dat producten met vetten ranzig worden of dat fruit bruin kleurt.
- de additieven voor de textuur (E400 tot E499), die een rol spelen bij de consistentie van voedingsmiddelen;
- de smaakversterkers (van E600 tot E699), die de smaak van producten intensiveren.
Gevaarlijke additieven in de voeding: welke stoffen wilt u hoe dan ook vermijden?
Even ter geruststelling: 'additief' staat niet synoniem voor 'schadelijk'. Sommige stoffen zorgen er juist voor dat onze voeding niet ten prooi valt aan een ongewenste bacteriegroei. Helaas misbruikt de voedselindustrie additieven ook voor minder fraaie doelen. Zo kunnen ze dienen om een smakeloos product beter te laten smaken, om een product zwaarder te maken doordat het meer water vasthoudt, of om supermooie, maar kunstmatige kleuren te creëren... We bespreken hier de stoffen die het meest betwist worden, zodat u in het vervolg precies weet waar u aan toe bent!
IJsjes in hippe kleurtjes en bontgekleurde gummibeertjes? Dat is het werk van azopigmenten! Deze groep omvat tartrazine (E102), chinolinegeel (E104), oranjegeel (E110), azorubine (E122), cochenillerood (E124) en allurarood (E129). Deze stoffen bevorderen heimelijk hyperactiviteit bij kinderen (1-2).
De karamelkleurstoffen (E150c en E150d) geven onze goedkope balsamico, cola's en andere frisdranken een mooie donkerbruine kleur. Ze hebben echter zelf ook een donkere kant. Bij de productie van de stoffen zou 4-methylimidazole ontstaan, een stof die door het Circ (Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek) wordt ingedeeld in de categorie 'waarschijnlijk kankerverwekkend' (3).
In Frankrijk is het al verboden sinds januari 2021 en vanaf 2022 zal het in heel Europa verboden zijn: titaandioxide (E171), een stof die nog altijd wordt gebruikt in sommige Europese landen om kauwgom een lichtere kleur te geven. Het bevat echter nanodeeltjes die de stof potentieel kankerverwekkend maken (4).
Onder de nummers E220 tot E228 vinden we de sulfieten. Deze stoffen staan bekend als allergenen (5). Ze zitten onder andere verbogen in wijn, mosterd, gedroogd fruit en augurken. Een andere groep die tegen wil en dank beroemd is geworden, is de groep van de nitrieten (E249 tot E252). Lange tijd waren ze onlosmakelijk verbonden met fijne vleeswaren. Ziet u een mooi roze stukje ham, dan ziet u waarschijnlijk nitriet! Het probleem met nitriet is dat bij de vertering ervan nitrosamine wordt gevormd, een stof die volgens de Circ wordt gezien als 'waarschijnlijk kankerverwekkend' (6-7).
Kijken we nu naar de hoofdzonde van de fosfaten, die bijvoorbeeld veel gebruikt worden in industrieel bereide kazen, dan zien we dat ze vooral een hoog fosforgehalte hebben. Een teveel aan fosfor blijkt schadelijk voor het lichaam te zijn (8). Let ook goed op BHA (E320) en BHT (321), want die worden gezien als potentiële hormoonverstorende stoffen (9).
De emulgatoren E433 (polysorbaat 80) en E466 (carboxymethylcellulose) zijn al niet veel beter: wanneer deze stoffen de darmwand passeren, veroorzaken ze mogelijk ontstekingsreacties of zelfs auto-immuunziektes.
De smaak van 'eet-me-nog-een-keer' van kant-en-klaarmaaltijden? Daarvoor mag u glutamaat bedanken (van E620 tot E625) (10)! Het wordt gezien als de veroorzaker van neurologische problemen, maar het zou eveneens de signalen van de eetlust verstoren (en ons stiekem aanzetten om nog eens op te scheppen...). Ook de synthetische zoetstoffen, zoals aspartaam (E951) dienen met de nodige voorzichtigheid benaderd te worden (11).
Hoe kunnen we de blootstelling aan kleurstoffen en conserveringsmiddelen beperken?
Niemand heeft zin om urenlang verpakkingen en etiketten af te speuren. Wen uzelf dus een paar goede gewoontes aan waarmee u toxische additieven zo veel mogelijk buiten de deur houdt:
- kook thuis met onbewerkte producten;
- gebruik bij voorkeur biologische producten (waarbij slechts een vijftigtal additieven zijn toegestaan);
- zet een product dat meer dan 3 additieven bevat terug in het schap om te voorkomen dat zich een 'cocktail-effect' voordoet;
- kijk kritisch naar een product met claims zoals 'bevat geen kleurstoffen' of 'bevat geen conserveringsmiddelen', want dit maskeert vaak het gebruik van additieven uit andere categorieën;
- gebruik een speciale voedingsapp om snel te achterhalen of er twijfelachtige stoffen inzitten;
- kies bij voorkeur voor fijne vleeswaren zonder nitriet.
Zijn er planten die helpen in de strijd tegen additieven?
Omdat het geen eenvoudige klus is om alles te controleren, is het erg belangrijk om dagelijks specifieke plantaardige extracten te gebruiken.
We zeiden er al iets over bij de sulfieten, maar ook andere additieven kunnen de kans op het ontstaan van een allergie vergroten. Er zijn gelukkig natuurlijke stoffen die hierbij direct een handje kunnen helpen, zoals hokjespeul (dat bijdraagt aan de regulering van het immuunsysteem) en de grove den (die bijdraagt aan gezonde luchtwegen) (12). Sommige krachtige combinatiesupplementen (zoals Aller Fight, bieden een kwalitatief hoogwaardige formule waarin spirulina, bromelaïne, hokjespeul, groot hoefblad en de grove den zijn samengebracht voor een optimale werking.
Ook ons immuunsysteem zou soms te lijden hebben onder de additieven. Dit blijkt althans uit een onderzoek bij ratten dat in 2017 werd uitgevoerd door de onderzoekers van het Franse nationaal onderzoeksinstituut voor agronomie (INRA). Nadat de dieren langdurig oraal waren blootgesteld aan E171 was er sprake van een probleem met de immuunrespons in de darmen. Ook trof men premaligne beschadigingen aan in de dikke darm. Een onmisbare plant uit de Europese apothekersboeken is de echinacea. Deze plant zou bijdragen aan een goede werking van het afweersysteem in ons lichaam: Een perfecte bondgenoot dus om dat leger van E-nummers tegen te werken! (13) Om optimaal te profiteren van de weldadige effecten, kiest u voor een extract van echinacea dat afkomstig is van biologische landbouw (zoals Immunity Booster, dat ook nog eens verrijkt is met zink en vitamine C).
Het regelmatig ontgiften van de lever helpt eveneens bij de afvoer van de schadelijke stoffen die zich opgehoopt hebben in ons lichaam. Voor de bescherming van de lever kunt u een beroep doen op de stof silymarine, afkomstig uit mariadistel (14). Het extract van het blad van de artisjok draagt dankzij zijn hoge gehalte aan cynarine ook bij aan de gezondheid van de lever (15). Deze gunstige stoffen voor de lever vindt u in specifieke formules (zoals het voedingssupplement Liver Support Formula).
Overigens richten sommige formules zich specifiek op de nieren (zoals Kidney Detox Formula). Nog een goede optie voor uw detox-kuur: ga voor extracten van kruisbloemige planten.